Taalontwikkeling
Stottergedrag van zebravinken is te beinvloeden door een verandering in de hersenactiviteit stelt Sanne Moorman, cognitief neurobioloog aan de Universiteit Utrecht. Haar onderzoek focust op de mechanismen van liedjes leren in zangvogels, en de parallellen met menselijke spraakverwerving. Met het bestuderen van het stottergedrag bij zebravinken hopen zij nieuwe behandelmethoden voor stotterende mensen te ontwikkelen.
Vogels gebruiken dezelfde hersendelen als mensen, als vogels leren liedjes te fluiten. Evenals mensen die een taal leren te spreken.
Geef pasgeboren baby’s een willekeurige taal, en ze kunnen ermee uit de voeten. Dat verandert als ze zo’n half jaar oud zijn. Op dat moment leren ze om alleen die klankverschillen te herkennen, die ertoe doen in hun moedertaal. Maar hoe leren baby’s dit nou precies? Want het is niet zo dat ze die verschillen op een bordje gepresenteerd krijgen. Het blijkt zelfs zo te zijn dat moeders helemaal niet zo goed articuleren, als ze tegen hun baby praten. Titia Benders van de UvA deed promotieonderzoek naar dit vroege stadium in de taalontwikkeling.
Baby’s zijn echte taalwondertjes. Zo rond hun eerste verjaardag kunnen ze uit een brij van klanken woordjes filteren, en zelf ook al hun eerste woordjes produceren. Maar daar gaan nog allerlei stadia aan vooraf. Hoewel pasgeboren baby’s een sterk gevoel hebben voor het ritme van hun moedertaal, zijn ze ook nog gevoelig voor klankverschillen in andere talen.
Met zes maanden leren baby’s taalspecifieke klankverschillen te herkennen. Een voorbeeld is het onderscheid tussen de zogenaamde korte en de lange a. In het Nederlands drukt dat klankverschil ook een betekenisverschil uit. Ga maar na: een man en een maan zijn niet hetzelfde. In het Spaans daarentegen, is het verschil tussen een a en een aa niet relevant, dus verliezen Spaanse baby’s het vermogen om dat onderscheid nog langer te maken. Dat is de reden dat ook volwassen Spanjaarden het verschil tussen onze korte en lange a niet goed horen.
Bron: www.kennislink.nl
Kinderen die compleet tweetalig opgroeien, hebben een grotere kans om te gaan stotteren dan andere kinderen. Ze komen ook moeilijker van hun gestotter af dan kinderen die maar één taal spreken of die hun tweede taal pas op school leren.
Dit blijkt uit een onderzoek onder in totaal 317 kinderen uit Londen, onder wie 69 stotteraars. De studie is vandaag online gepubliceerd door het vakblad Archives of Disease in Childhood. Het is het eerste grote onderzoek naar stotteren en tweetaligheid.
Bron: www.nu.nl
Pasgeboren baby’s zijn al in staat om emoties van anderen te herkennen. Dat hebben Britse wetenschappers aangetoond. De hersenen van baby’s reageren drie maanden na hun geboorte al op verschillende emotionele klanken in de stemmen van andere mensen.
Het menselijk brein ontwikkelt daarmee veel eerder het vermogen om emoties te verwerken dan tot nu toe werd aangenomen. Dat meldt BBC News op basis van een onderzoek aan het King’s College in Londen. “Deze ontdekking verandert ons begrip van de ontwikkeling van kinderen fundamenteel”, verklaart hoofdonderzoeker Declan Murphy.
De wetenschappers kwamen tot hun bevindingen door baby’s van drie maanden oud tijdens hun slaap te laten luisteren naar emotionele geluiden, zoals gelach en gehuil. Ondertussen werden er scans gemaakt van hun hersenen.